Het Internationaal Instituut voor Geschiedenis (KNAW Humanities Cluster) bracht de afgelopen jaren gegevens over meer dan 4000 slavenhandelsreizen in maritiem Azië samen in de ESTA-database.
De afgelopen decennia is er wereldwijd veel onderzoek gedaan naar het slavernijverleden. Informatie over de trans-Atlantische slavenhandel is al sinds de jaren 90 bijeengebracht in de database slavevoyages.org. Voor de slavenhandelsreizen in Azië bestond zo’n database nog niet. De afgelopen jaren heeft een team van internationale onderzoekers zich daarom ingezet om een database op te zetten in het project Exploring Slave Trade in Asia (ESTA). Inmiddels zijn vijf grote datasets ingevoerd, voornamelijk uit Europese archieven van bijvoorbeeld de VOC en de Franse Oost-Indische Compagnie. Nog dit jaar wordt de database toegankelijk gemaakt voor een breed publiek.
Korte reizen
“De slavenhandelsreizen in Azië zijn anders dan die we kennen uit het trans-Atlantische gebied”, vertelt Merve Tosun, coördinator van het ESTA-project. “Bij het grote publiek is hier minder over bekend. In het trans-Atlantische gebied was er altijd sprake van een enkele lange éénrichtingsreis van de slaafgemaakten tussen Afrika en Amerika, waar ze op plantages gedwongen te werk werden gesteld. In Azië bestond een slavenhandelsreis meestal uit een aaneenschakeling van korte en lange reizen, meerdere richtingen op. Een reis kon bijvoorbeeld in Madagaskar en via Ceylon (het huidige Sri Lanka) eindigen in Batavia (het huidige Jakarta), maar ook vanuit de zuidelijke kust van India bij de Kaap aankomen. Voor het opzetten van onze database was dat een uitdaging.”
Lokale archieven
Ook bestonden er in Azië verschillende vormen van gedwongen transport van slaven, legt Tosun uit. “Naast de meer bekende vorm van gedwongen transport voor gecommercialiseerde slavenhandel, was er bijvoorbeeld uitwisseling van slaafgemaakten tussen vorsten en Europese mogendheden als onderdeel van tribuutafspraken, maar het kwam ook voor dat mensen als oorlogsbuit werden meegenomen of ‘illegaal’ gekidnapt.” Al dit soort gegevens hebben de onderzoekers vastgelegd in de ESTA-database. De komende jaren zal deze nog meer worden uitgebreid. “De data die we nu hebben verzameld en gecureerd zijn vooral afkomstig uit Europese compagnie-archieven, maar deze archieven bevatten nog veel meer informatie. Ook in de lokale archieven moet nog informatie aanwezig zijn. We zijn nu bezig met nieuwe subsidieaanvragen om deze archieven in te kunnen duiken. Op die manier willen we nog meer inzicht geven in dit stuk slavernijgeschiedenis.”
Lezers die beschikken over data rondom slavenhandel in Azië en die breder beschikbaar willen maken voor onderzoek, kunnen contact opnemen via de website van ESTA.